Gemiddelde leestijd: 7 min
Geen grotere mond dan John McEnroe, toch niet op een tennisterrein. Als linkshandige speelde hij vaak averechts: woede-uitbarstingen, scheidsrechters beledigen, tennisrackets stukslaan. Ondanks – of net dankzij? – zijn karakter werd hij één van de populairste en meest succesvolle tennissers uit de geschiedenis. “Ook al heb ik spijt van mijn opvliegendheid.”
Tennis kleurt nog altijd het leven van John McEnroe (4x US Open, 3x Wimbledon, 77 overwinningen in het enkelspel). Hij is een gevierd commentator op de BBC. In New York heeft hij sinds 2010 zijn eigen tennisacademie. En regelmatig slaat hij zelf nog een balletje. Zo strijkt Big Mac al jaren neer op de Optima Open in Knokke-Heist. Het internationale toernooi maakt deel uit van de ATP Champions Tour waar tennislegendes het tegen elkaar opnemen. McEnroe oogt opvallend fris en fit, ook al komt hij recht uit het vliegtuig. De Amerikaan heeft de voorbije weken wat bijgetraind op zijn tennisacademie in New York. Zijn kunstjes is hij niet verleerd. Al blijkt de drang om te winnen even groot als de drang om het publiek te entertainen. Nu en dan klinkt ‘You cannot be serious’, een legendarische oneliner van John McEnroe tijdens één van zijn typische woede-uitbarstingen.
In aanloop naar het toernooi bezocht McEnroe de VZW Jeronimo in Gent. Jeronimo is een gezinsvervangend huis voor kinderen en jongeren van 2,5 tot 18 jaar die door omstandigheden de veiligheid en huiselijkheid van een gezin missen. “Kinderen krijgen helpt je geduldig te worden. Misschien had ik sneller vader moeten worden, dan was ik ook een rustigere tennisser geweest”, liet McEnroe recent optekenen in een interview.
John McEnroe: “Ik heb geluk dat ik mijn functie als tennisspeler kan gebruiken voor zo’n initiatieven. Fantastisch om deze job van tennisser te hebben – als je het al een job kan noemen. Ik kan de wereld rond trekken, op verschillende plaatsen komen, allerlei culturen zien. En niet alleen de boodschap brengen van onze eigen ego’s, maar ook de mensen blij maken als we een tennisterrein opstappen. Ik mag een klein deeltje uitmaken van dit project. De toewijding van de mensen hier om deze kinderen te helpen… Je voelt dat hier warmte en geborgenheid heerst. De glimlach van de kinderen zien nadat ik recht van de luchthaven vanuit New York overvloog, maakt het allemaal erg de moeite. In deze home voelen ze zich gewaardeerd. Een deeltje in ons wil dit ook: waardering krijgen in wat je doet. Ook ik, als tennisspeler.”
“Jarenlang heb ik zelf kinderen in New York voorzien om te kunnen sporten. De leuze die we met die stichting voor ogen hadden, heb ik gehaald van Nelson Mandela – de meest fantastische man die ik in mijn leven ontmoet heb. Hij vertelde me: ‘Sport heeft de eigenschap dat het de gewaarwording bij mensen kan veranderen’. Het geeft kinderen ook een uitweg, een mogelijkheid. Met alle zotte dingen in deze wereld en met de moeilijkheden die met name ook kinderen ondervinden, is dat verfrissend. Een positieve en gezonde uitweg. In mijn land is zwaarlijvigheid bijvoorbeeld een ware epidemie geworden. Via eender welke sport krijgen kinderen de kans om een uitweg te zoeken. Al wat je kinderen kan schenken, is hen het gevoel geven dat ze een kans hebben.”
Je was een grote fan van Justine Henin, de Belgische die met tennispensioen is gegaan. Gaapt nu een leemte?
McEnroe: “Eén van je grootste spelers kwijt zijn, is altijd een groot verlies, een grote leemte. Het vrouwentennis is na het afscheid van Kim (Clijsters) en Justine duidelijk verschraald. Er is een grote kloof tussen Serena (Williams) en de andere speelsters. Toen ik 25 jaar was, besefte ik hoe fantastisch het is dat tennis mijn beroep was – en ik werd er rijkelijk voor beloond. Maar je miste misschien een ander deel van het leven. Vader zijn bijvoorbeeld. Of ervaringen opdoen die andere mensen wel meemaakten en waar jij de kans niet voor had. Ik vermoed – maar ik heb al een tijdje niet met Justine gesproken – dat ze wilde ervaren wat anderen vanzelfsprekend vinden. En dat ze dat soort dingen wilde appreciëren. Als kind mis je een hele hoop, door de opofferingen die je maakt om de beste speler te worden. Ook al is ze nu nog jong, ze begint een ander leven dat haar misschien voldoening schenkt. Het is niet makkelijk om de sport te verlaten die zo goed voor je geweest is. Dat conflict bestaat duidelijk, en het geldt waarschijnlijk voor elke speler.”
Jimmy Connors, Ivan Lendl en andere ex-tennissers zijn tegenwoordig trainer. Jij niet.
McEnroe: “Wel, ik heb een klein beetje gecoached. Helemaal in het begin, toen ik net gestopt was met spelen. En ik heb een tennisacademie waar ik kinderen train. Er zijn verschillende manieren om te coachen: fulltime een grote speler of een potentieel grote speler coachen, of 8 of 10-jarigen coachen en zo hen op jongere leeftijd proberen te beïnvloeden. Ik voel me betrokken bij het coachen. Ik kan mijn plaatsen wat uitkiezen. Ik kan hier bijvoorbeeld komen voor de Optima Open. Zo maak ik mijn eigen tijdsschema op. De meeste spelers willen dat je net werkt rond hun tijdsschema – en dat is perfect te verstaan. Als ik voor een gelimiteerde periode iemand kan begeleiden en die speler op een hoger niveau brengen, zal ik dat misschien nog overwegen. Maar wat ik nu heb, wil ik niet snel veranderen. Ivan heeft Andy Murray naar een nieuw niveau gebracht. Daar verdient hij applaus voor. Al haat ik het om te zeggen. (Op Roland Garros in 1984 verliest McEnroe in vijf sets van Ivan Lendl nadat hij de eerste twee sets had gewonnen. McEnroe zal later nooit meer de finale halen van Roland Garros, MS)
Wie is jouw favoriet voor de US Open van 2013?
McEnroe: “Veel hangt af van de loting. Maar als ik één persoon moet kiezen, is het Djokovic. Hij is duidelijk ontgoocheld, want hij heeft al een tijdje geen toernooi meer gewonnen. Mentaal is hij momenteel misschien wat onzeker. Ook Nadal speelt goed. En Murray won Wimbledon op een grootse manier. Maar de laatste toernooien zakte hij wat weg.”
Er staat momenteel geen enkele Amerikaan in de top 10. Zie je iemand in jouw tennisacademie met dat potentieel?
McEnroe: “(lacht) Ik hoop het. In het verleden zijn we verwend geweest in het Amerikaanse tennis. Maar veel landen maken zich zorgen, het zijn niet wij alleen. We zijn aan het zoeken, samen met mijn broer. Hij maakt deel uit van (de Amerikaanse tennisbond) ‘United States Tennis Association’ en speurt naar kinderen die misschien ontzettend goede atleten zijn. Want je ziet dat het tennisspel atletischer is geworden. Ze voorzien mogelijkheden voor die kinderen, mogelijkheden die ze zich normaal niet kunnen permitteren. Je kan het ook omdraaien. We hebben enkele ontzettend goede Amerikaanse atleten… in andere sporten. Ze spelen niet noodzakelijk tennis maar American Football of basketbal vooraleer ze kiezen om tennis te spelen. Het tennis moet op de één of andere manier dus opschuiven in dat keuzepallet.”
‘IEMAND HIERBOVEN WILDE DAT IK TENNISSER WERD’
Je speelde in aanloop naar de Optima Open een partijtje tafeltennis tegen voormalig basketspeler Tomas Van Den Spiegel. Vorig jaar spraken we met Björn Borg die je ook ontmoet hebt op de Optima Open van 2012.
McEnroe: “(onderbreekt fijntjes) Ik heb van hem gehoord, ja.”
Hij vertelde: ‘Mijn vader was een tafeltenniskampioen. Eén van de prijzen die hij won, was een tennisracket. Dat gaf hij aan mij. En zo begon ik te tennissen.’ Wanneer kreeg jij jouw eerste tennisracket?
McEnroe: “Ik was 8,5 jaar. Maar als kind speelde ik pingpong – wij noemen het pingpong in plaats van tafeltennis. Ik heb goede ervaringen met die sport. Zoals je je kan voorstellen, had ik meer dan één pingpongpalet nodig. Want soms geraakte ik een beetje gefrustreerd. (grijnst) En ze zijn zo makkelijk om te breken. Makkelijker zelfs dan de oude houten tennisrackets. Je moet dus zeer voorzichtig zijn bij pingpong. Maar het is een goed, recreatief spel. Al denk ik dat ik er uiteindelijk de juiste sport uitpikte. Wanneer ik dat tennisracket greep… Als je gelooft in iemand hierboven, en dat doe ik, dan wilde een God of één of ander spiritueel wezen dat ik tennis speelde. Om de één of andere reden.”
Geloof je daar in?
McEnroe: “Ik geloof daar in, ja. Het moet mijn destiny, mijn lotsbestemming geweest zijn. Allerlei dingen vielen op hun plaats. Want toen ik jonger was, hield ik meer van andere sporten.”
Basketbal bijvoorbeeld?
McEnroe: “Dat is het perfecte voorbeeld. Ik was niet zo groot als deze jongeman aan mijn rechterzijde (wijst naar Tomas Van Den Spiegel, MS). Ik hou van basketbal. Het is een sport die mij en mijn tennis hielp. Op de middelbare school speelde ik basket. Het zijn dezelfde soort bewegingen, van de ene kant naar de andere, ook als je in de defensie speelt. Veel spelers bewegen niet meer op deze manier, zelfs niet in de NBA. Ook voetbal, wat wij soccer noemen, hielp me in het tennis. Ik was zeer blij dat ik me op 10-jarige leeftijd niet exclusief op tennis focuste. Ik genoot ervan om deel uit te maken van een team en andere sporten te beoefenen. Zo werd ik een betere tennisspeler.”
Op de Optima Open verloor je tegen Guy Forget en Henri Leconte. Twee linkshandigen, zelf ben je ook linkshandig. Moeten we daar de oorzaak van je verlies zoeken?
McEnroe: “Niet echt. Ik heb geen problemen om tegen linkshandigen te spelen. Ik was defensief gewoon niet goed genoeg en mijn service kwam er niet helemaal uit.”
Hoe is het hoe dan ook om linkshandig te zijn?
McEnroe: “Als mensen zeggen dat dit een voordeel is, is dat prima. Tegenspelers zien de spin, het effect op de bal, misschien niet zo goed. Maar een professional moet dat aankunnen. Volgens mij is het geen groot voordeel. Maar als het psychologisch en mentaal een voordeel blijkt, is dat goed voor lefties. Misschien haal je wel meer punten in de hoeken of haal je slagen binnen tijdens breekpunten.”
Hou je er nog altijd van om tennis te spelen?
McEnroe: “Toch wel. Het is teleurstellend als ik niet goed beweeg. Dat is frustrerend. Leconte kan een mooi punt pakken vanuit elke positie. Hij zette me tijdens deze Optima Open vaak op het verkeerde been. En Forget was in uitstekende vorm. Maar ik wil nog altijd winnen.”
Nog een citaat van Björn Borg: ‘Mocht ik van mijn oren maken zoals John McEnroe soms deed, zou ik mijn concentratie volledig verliezen. Hij ging wel in discussie en speelde daardoor beter. Daarom zijn we twee verschillende persoonlijkheden op het terrein’.
McEnroe: “Dat heeft hij inderdaad gezegd vorig jaar. Mijn woede-uitbarstingen werden altijd omgezet in positieve energie. Maar ik heb spijt van mijn opvliegendheid. Ik had me beter moeten beheersen. Het heeft me veel energie gekost. En die had ik kunnen gebruiken om beter te tennissen.”
Je bent één van de populairste en meest succesvolle tennisspelers ooit. Ondanks of net dankzij jouw karakter?
McEnroe: “Dat moet je aan de mensen vragen. Moeilijk te zeggen… Ik denk dat het een combinatie van de twee is: hoe ik me gedroeg en hoe ik speelde. Sommigen gedroegen zich slecht. Maar als je niet wint, kan het niemand wat schelen en kijken ze niet naar je om. En als je wint, en het is niet zo opwindend, hebben de mensen soms niet hetzelfde gevoel. In onze tijd was het opwindend. Er waren veel persoonlijkheden in het tennis. Het was een fantastische tijd om toen tennisser te zijn. En dat is blijven hangen bij veel mensen. Dat is goed. Want het is fijn om in de herinnering van de mensen te zitten.”
Beluister hier een kort interview-fragment met John McEnroe.
Ik blijf fan van zijn zo verfijnde baltouch!
Subliem in beide disciplines, vind ik !!
ik zie hem liever als commentator dan als tennisser 🙂
Leuk en interessant interview en vlot geschreven.
Leuk interview! Ik heb het met veel plezier gelezen. 🙂